Ze draagt haar lijf alsof ze niet in het Soesterkwartier maar een videoclip woont. Ashley heet ze, Jennifer misschien – of een ander cliché uit de babynamen-top-tien van begin jaren negentig. Ik zie haar neonroze broek, het zonlicht van mei, de bakstenen muur. Ze heeft het soort chagrijn waarvoor het woord verongelijkt is uitgevonden. Wie haar ziet, denkt aan te lange ledematen en daar nog niet aan gewend zijn. Standaardportret van een puber.

Ze rookt een Marlboro.

En inhaleert zo diep en ervaren dat het kauwgomplaatje scheurt en de werkelijkheid verschijnt. Een geschiedenis van dertien jaar oud. We rijden door.