Niets mooier dan een blije vriendin. Kijk haar zitten, tegenover me aan de keukentafel – het hoofdkwartier van onze relatie. Hoe ze glimt en gloeit, hoe de woorden als vogels om haar heen vliegen. Ze kreeg een prachtig aanbod, van mensen die ertoe doen. Ze hoorde wat dat betekent: je mág, je bent wat je wilt zijn, pak maar uit, u is goed bezig.

Die huppelende gedachte: je verdient het, meiske. Niemand meer dan jij.

Later, naast elkaar. Ergens houdt mijn lijf op en begint het hare, maar van waar precies bestaat geen benul. Buiten klinkt het applaus van een stortbui, buiten begint de grotemensenwereld. Maar hier. Hier.

Zijn wij.